Het wijngoed bevindt zich in Kremstal, wat als regio bijna alleen maar witte wijnen voortbrengt. Wandraschek is de uitzondering op de regel. Zij hebben zich met hun in eerste instantie 0,5 hectare volledig toegelegd op het maken van rode wijnen en dan met name de Bordeaux druivenrassen: Cabernet Sauvignon en Merlot. Sterker nog, met de ogen dicht hebben deze wijnen extreem veel gelijkenis met de wijnen uit de Medoc (Bordeaux). Alle wijnen worden in Frans eiken vaten gerijpt voor minimaal 2 jaar. Inmiddels bezit Wandraschek ruim 1 hectare grond en maken ze naast rode wijnen ook een paar witte wijnen.

Tussen 1970 en 1973 wordt de stad Krems de nieuwe thuisbasis van Conny en Wolfgang Wandraschek. Beiden werken in de architectuur, maar ontdekken al snel hun liefde voor wijn. Er wordt een gezin opgericht en er wordt een huis met een tuin en een aangrenzend veld gekocht om hun favoriete Cabernet Sauvignon te verbouwen. “Een vat voor mij en mijn vrienden”, is de belangrijkste bedoeling van Wolfgang Wandraschek. De inhoud van dit vat wint eindelijk de eerste Falstaff-prijs van de fabriek en is al niet meer op voorraad voor het uiteindelijke Falstaff-prijsfeest. Op deze manier groeit de oorspronkelijke passie voor wijn uit tot een buitengewone onderneming, die niemand in de eerste plaats voor mogelijk had gehouden... Het eerste vat Cabernet Sauvignon uit 1992 is uitgegroeid tot de 'Rotweinmanufaktur Wandraschek' - een kleine, elegante boetiekwijnmakerij van het hoogste niveau.

In Kremstal hebben ze een combinatie van een warm, droog Pannonisch klimaat en een wat koeler Continentaal klimaat. De daardoor grote verschillen in dag- en nachttemperatuur (tot wel 25 °C) zorgen voor extreem aromatische druiven, terwijl de luchtstromen komende vanaf de Donau ervoor zorgen dat er nagenoeg geen vorst is en druivenrot wordt voorkomen.